Wie heeft zich de vraag nog niet gesteld of heeft er reeds problemen mee gehad ? Welke ? Hoe zit het met de privacy wetgeving en wat met recht tot publicatie ! Ik ken er maar weinigen. Als fotografen worden we steeds bewust en onbewust met het feit geconfronteerd.
Onlangs werd ik geconfronteerd met een klant van een horecazaak die zijn advocaat inschakelde.Nu heb ik geen schrik van advocaten en zeker niet als het eerste schrijven nogal agressief is. GRrrr lekker zo ’s morgens tussen de boterham die advoKaat.
Het nodige is uitgezocht en het typische Belgische resultaat van het onderzoek kan je hier terug vinden. Klaar voor de rollercoaster ? Vind je deze post interessant ? deel hem dan met collega’s zo dat zij ook op de hoogte zijn.
Deel 1 : het kader
Deel 2 : de wetgeving (privacy en publicatie)
Deel 3 : de rechtspraak ( http://www.privacycommission.be )
Deel 4 : advies van juridische dienst van Unizo
Dee l 5 : advies van advocaat
Deel 6 : conclusie
Deel 1 : Het kader
Partyfotografie in een horecazaak. De klanten dienen een lidkaart te hebben en inkom te betalen.
Er is een optreden van een saxofonist dat ik film om als promo online te smijten.
Tijdens het optreden is er een jonge dame die vindt dat ze ook in beeld moet komen en staat aldus mee op de videofilm.
Mag je dit online zetten ? wat zijn de rechten van de klant? Wat zijn de rechten van de fotograaf en de zaak ?
Deel 2 : De wetgeving
Hiermee bedoelen we de wetgeving zoals het in de wetboeken vermeld staat. De interpretatie hiervan door rechtbanken bespreken we onder rechtspraak.
Privacy
De privacywetgeving is eenduidig. De Privacywet is van toepassing van zodra er sprake is van een “verwerking van persoonsgegevens“. Vóór u de beelden gebruikt,moet u natuurlijk ook steeds nagaan of sommige daarvan niet auteursrechtelijk beschermd zijn (het zogenaamde “copyright”).Denk hierbij aan het atomium
Recht op afbeelding
Aan iedere persoon is het recht op afbeelding toegekend.Het is aldus alleen aan de betrokken persoon om te beslissen of van hem een afbeelding mag worden genomen EN gebruikt.
Dit wil zeggen dat het nemen van een afbeelding en het gebruik van het beeldmateriaal onderworpen is aan de toestemming van de betrokken persoon. De toestemming om van iemand foto’s of videobeelden te nemen betekent niet dat er toestemming is om deze afbeelding te publiceren. Beide moeten apart gevraagd worden.
Deel 3 : De rechtspraak , rechtsleer
Recht op afbeelding
Dit is de interpretatie van de wet en dus niet DE wet. Elke rechter gaat hier anders mee om.
Rechtsleer en rechtspraak zijn het er grotendeels over eens dat wanneer een persoon zich in de openbaarheid begeeft, bijvoorbeeld op een publieke plaats, hij zijn stilzwijgende toestemming geeft. De toestemming blijft wel vereist voor het gebruik en de publicatie van de genomen foto of video. De persoon moet in dit geval wel het hoofdonderwerp vormen.
Wanneer personen toevallig op een foto of video staan op een publieke plaats (bv. een foto van een monument ,een foto van strand en zee,…), dan gaat men er in principe van uit dat een toestemming voor het verdere gebruik van die foto of video niet nodig is.
Voor foto’s van een menigte zoals een manifestatie, festival,… wordt van de zelfde redenering uitgegaan als hierboven.
En de privacy in de rechtspraak en rechtsleer ?
Wanneer een persoon zich vrijwillig laat fotograferen gaat men er van uit dat hij stilzwijgend zijn toestemming heeft gegeven voor het nemen van de foto. Echter niet voor de publicatie. Tevens is een mondelinge toestemming afdoende echter moeilijk bewijsbaar in een rechtbank. Een schriftelijke toestemming is dus aan te raden.
Omdat het in de praktijk niet altijd mogelijk is om toestemming te vragen, biedt het (voldoende) anonimiseren in een aantal gevallen mogelijk een oplossing.
Deel 4 : advies van de juridische dienst van Unizo
In dit soort zaken is een éénduidig antwoord evenwel niet mogelijk. Er bestaat heel wat rechtspraak over deze problematiek, en de verschillende uitspraken durven elkaar nogal eens tegen te spreken.
Wel willen we graag de volgende zaken meegeven:
– Het feit dat er betaald moest worden voor toegang, is op zich niet doorslaggevend om te bepalen of er sprake is van een publiek toegankelijke ruimte of niet. Meestal laat men het antwoord op deze vraag eerder afhangen van de vraag of de organisator zelf bepaalde wie al dan niet toegelaten werd tot de zaak. In de veronderstelling dat iedereen die de toegangsprijs betaalde, binnen mocht, gaat het dus om een publiek toegankelijke ruimte.
– Ook op publiek toegankelijke ruimtes speelt het recht op afbeelding evenwel. Van zodra een persoon als onderwerp of als mede onderwerp wordt afgebeeld, moet hij/zij daar toestemming voor geven. De centrale vraag hier zal dus zijn of de afbeelding van de persoon in kwestie intentioneel werd genomen of niet. Anders gezegd: als de persoon in het filmpje voorkomt, omdat de maker wilde dat ze er in voorkwam, speelt het recht op afbeelding en heb je de toestemming nodig. Als ze daarentegen echte enkel louter toevallig in beeld komt, en dus op geen enkele manier een deel van het onderwerp van het beeld wordt, is er geen toestemming vereist.
– Waar de rechtspraak het wel over eens is, is dat de toestemming om gefotografeerd / gefilmd te worden, niet de toestemming impliceert om deze afbeelding ook naar het grote publiek openbaar te maken.
– Waar de rechtspraak het ook over eens is, is dat een gegeven toestemming ook kan worden ingetrokken, voor zover dat dat op tijd gebeurt, en dat het nadeel dat de maker van het filmpje door de intrekking oploopt, niet duidelijk veel groter is dan het voordeel dat de afgebeelde persoon wint. De intrekking kan dus allen wanneer die intrekking geen onredelijk groot nadeel bezorgt aan de maker van het filmpje.
Concreet zal er dus rekening worden gehouden met:
– Het feit dat het een publieke aangelegenheid was
– Het feit dat de betrokkene blijkbaar zelf ‘interessant’ wou wezen
– De vraag of zij intentioneel werd gefilmd/gefotografeerd, dan wel puur toevallig mee in beeld kwam
– Zij met de weigering om in het filmpje voor te komen, geen onredelijk groot nadeel aan u berokkent.
– Men moet ook redelijk zijn: als elke persoon die in zo’n filmpje voorkomt, zijn toestemming zou moeten geven, is het maken van zo’n filmpje praktisch onmogelijk. Ook daar zal een rechter zeker rekening mee houden.
Helaas valt het onmogelijk te zeggen hoe bij een eventueel geschil, een rechter deze afweging zal beoordelen. Uiteraard is het dus het beste moest dit minnelijk kunnen worden uitgewerkt. Moest er geen minnelijke oplossing mogelijk zijn, is het misschien toch zinvol om dit eens voor te leggen aan een advocaat.
Deel5 : advies van advocaat
Zonder er zwaar op door te gaan was de conclusie van de advocaat :
– de klant dient het huisreglement te kennen. Als daar in staat dat er foto’s genomen worden voor publicatie dan kan hij/zij ofwel terug weg gaan of wanneer er een foto genomen wordt vragen om deze te deleten(of niet online te zetten). Echter als deze persoon interessant komt doen bij een optreden dan heeft hij/zij het zelf gezocht.
Deel 6 : conclusie
Zoals steeds en zoals Unizo reeds schreef is het geen eenduidig verhaal. De rechtspraak en de wet en dan weer de rechtspraak gaan tegen elkaar in. We leven dan ook in België.
Mijn conclusie is in elk geval dat ik blijf handelen zoals ik nu bezig ben; zolang ik in eer en geweten kan zeggen dat het doel de middelel heiligt voel ik me gerust.
Voor het vervolg laat ik vermoedelijk opdrachtgevers zelf het nodige online zetten of dient hij een extra document te tekenen dan ik het doe in zijn opdracht.
Modellen en dergelijke laat ik een release contract tekenen. Trouwklanten tekenen reeds een contract waarin staat dat ik de foto’s voor eigen doeleinden mag gebruiken.
So that’s all folks.